Inhoudsopgave
Sneller slanker leven, wat is precies het ideale gewicht?
Er wordt vaak gesproken over een ideaal gewicht. Dit gewicht is niet direct af te lezen, waardoor iedereen andere eisen en wensen stelt bij de persoonlijke wens. Over het algemeen is een ideaal gewicht het gewicht waarbij je jezelf lekker voelt. Uiteraard mag het niet te veel afwijken van een normaal gewicht.
Indien dit namelijk het geval is, nemen de gezondheidsrisico’s toe. Een normaal gewicht kan met behulp van een Body Mass Index, ofwel BMI, worden bepaald. Toch is de betekenis van een ideaal gewicht breder dan alleen een BMI-score die zegt ‘normaal gewicht’.
Wat betekent ideaal?
Het woord ideaal maakt de opvatting lastig. Het woord betekent namelijk ‘zo goed als je maar kunt wensen’. Die lat blijkt uit de wensen en eisen van mensen fors te variëren van hoogte. Simpel gezegd, de een is blij met een BMI-score van normaal. De ander wil die score inclusief een zo laag mogelijk vetpercentage of juist zo veel mogelijk spieren. Wat is dan het ideale gewicht?
Afslanken kan ook leuk en lekker zijn
Over het algemeen geldt dat een ideaal gewicht het gewicht is, waarbij je jezelf lekker voelt en wat niet te veel afwijkt van het normale gewicht. Om die reden wordt vaak de BMI-score gebruikt om het ideale gewicht te berekenen. Echter is het gebruik van de Body Mass index om het gewenste gewicht te berekenen ook omstreden. Het houdt namelijk nauwelijks tot niet rekening met de spieropbouw. Anders gezegd, iemand die veelvuldig naar de sportschool gaat bouwt spiermassa op. Spiermassa weegt zwaarder dan vet.
Hierdoor neemt het gewicht dus toe, maar bijvoorbeeld het gevaarlijke vet rond de buikstreek af. Iemand met eenzelfde gewicht, lengte, geslacht en leeftijd heeft in dat geval eenzelfde ‘ideaal gewicht’. Terwijl in de perceptie van de sporter hij of zij een idealer gewicht heeft. Naast het feit dat een ideaal gewicht dus meetbaar is, is het tegelijkertijd een gevoelskwestie.
Model vs. Topsporter
Om de tegenstrijdigheid duidelijk te maken, kan een model tegenover een vrouwelijke topsporter worden gezet. Een model is over het algemeen slank, waarbij overigens veel vrouwen te slank zijn. Een model zal niet snel kijken naar het gewicht, maar naar de omvang. Dit zal ze doen door haar taille, borstomvang en heupomvang op te meten.
De ideale metingen voor een model zijn ongeveer:
• Je bent tussen de 1,74m en 1,82m lang
• Je hebt een borstomvang van gemiddeld 86 centimeter, maar maximaal 90 centimeter
• Je hebt een tailleomvang van maximaal 61 centimeter
• Je hebt een heupomvang van gemiddeld 86 centimeter, maar maximaal 90 centimeter
Uit bovenstaande blijkt dat de woorden vet, gewicht of BMI nergens zijn terug te lezen. Een model heeft dus niets aan deze twee metingen, maar kijkt puur naar de omvang.
Een topsporter is dagelijks actief bezig en moet iedere dag op topniveau trainen. De spiermassa van een topsporter is dan ook veel hoger dan bij een model. Een topsporter kijkt weer niet naar de omvang, maar naar het gewicht, vetpercentage en spiersterkte. Denk aan een boxer die maximaal een bepaald gewicht mag wegen of een voetballer waar jaarlijks het vetpercentage wordt gemeten.
In dit geval is een ideaal gewicht dus verbonden aan het beroep of sport. Ofwel het meten van de BMI, het vetpercentage, gewicht, omvang of spiermassa is niet altijd en overal wenselijk. Hieruit blijkt ook maar weer dat een ideaal gewicht persoonlijk gekleurd is en afhankelijk van de wensen die iemand nastreeft.
Body Mass index
Omdat toch veel mensen de BMI gebruiken als standaard, wordt hieronder kort uitgelegd hoe de BMI kan worden berekend. Dit kan online met diverse meettools, maar kan ook zelf eenvoudig worden uitgerekend aan de hand van een formule. De BMI formule luidt: Index = gewicht in kilo’s : (lengte x lengte)
Hieruit komt de BMI-score. Dit getal zegt iets over de verhouding tussen het gewicht en de lichaamslengte. In deze berekening wordt dus totaal geen rekening gehouden met vet of spiermassa.
De BMI-score zegt het volgende over de verhouding:
• BMI minder dan 17,99: Er is sprake van ondergewicht
• BMI 18 tot en met 24,99: Je hebt een normaal gewicht
• BMI 25 tot 26,99: Er is sprake van licht overgewicht
• BMI 27 tot 29,99: Er is sprake van overgewicht
• BMI 30 tot 39,99: Er is sprake van obesitas. Ofwel je leidt aan ernstig overgewicht
• BMI meer dan 40: Er is sprake van morbide obesitas. Ofwel zeer ernstig overgewicht.
Volgens de Body Mass Index is een normaal gewicht bereikt, wanneer een score tussen de 18 tot en met 24,99 is gemeten aan de hand van de formule. Dit is voor veel mensen dan ook een ideaal gewicht. Echter houdt dit niet rekening met de spiermassa of het vetpercentage. Om die reden kan iemand met veel spiermassa en weinig vet toch vallen in de groep met licht overgewicht. Dat is uiteraard niet correct, waardoor met name veel sporters naast een BMI-test ook een vetpercentagemeting doen.
Vetpercentage meten
Het vetpercentage meten is veel lastiger. Dit wordt dan ook vaak gedaan met specifieke apparatuur. Het vetpercentage kan namelijk worden gemeten met behulp van een huidplooimeting en elektrodiagnose. Een huidplooimeting is het meest bekend. Bij deze meting worden, met behulp van een schuifmaat, op bepaalde plaatsen van het lichaam de dikte van de huid en vetlaag gemeten. Aan de hand van een tabel kan vervolgens worden bepaald wat het vetpercentage is. In veel gevallen wordt deze methodiek, om aanvulling te geven op de term ‘ideaal gewicht’, uitgevoerd door een fysiotherapeut of sportarts.
De slanker leven probeerbox
Een andere mogelijkheid is de elektrodiagnose. Deze methodiek hangt samen met het feit dat spieren meer water bevatten dan vet. Hierdoor kunnen spieren elektriciteit beter begeleiden. Vanaf de enkel wordt een bepaalde hoeveelheid elektrische lading naar de pols gevoerd. Op basis van de tijd die de lading nodig heeft om van de enkel naar de pols te gaan wordt het spier- en vetweefsel bepaald. Deze methodiek wordt veel minder uitgevoerd, omdat het een veel moeilijker uit te voeren methode is.
Er zijn ook enkele websites en boeken te vinden die een formule hanteren. Echter is de formule vaak bedoeld voor iemand met een normaal en gemiddeld gewicht en lengte. Om die reden wordt er verder geen aandacht besteedt aan het opmeten van het vetpercentage aan de hand van een dergelijke formule.
Wat is dus een ideaal gewicht?
Concluderend kan gesteld worden dat een ideaal gewicht een gewicht is dat voldoet aan de persoonlijke wensen, zonder dat dit gepaard gaat met gezondheidsrisico’s. Een ideaal gewicht verschilt dus fors per persoon. Het verschil kan gaan om gewicht in kilo’s, procenten vet of centimeters omvang. Een ideaal gewicht is meer dan een getal in kilogram en is tevens persoonsgebonden.
